roland-li.jpg
26 oktober 2023

De wetenschapsrapporter schrijft over het LBF-congres

De 18e editie van het LBF, het International Low Back and Neck Pain Forum, werd dit jaar in Groningen georganiseerd, in de laatste week van augustus. Het LBF is een van de grootste internationale congressen over lage rug en nekpijn.

Het congres is een centraal ontmoetingspunt voor clinici en onderzoekers: om te bespreken waar we nu staan en waar we heen willen. Er zijn veel inhoudelijke bijdrages en is er veel ruimte voor debat en discussie. Het is -  naast natuurlijk het IFOMPT congres (volgend jaar in Bazel, Zwitserland!) en het nationale NVMT congres - één van de belangrijkste congressen voor ons vak.

Als ik kijk naar de inhoudelijke voordrachten dan sprongen er meerdere in het oog, de ‘Restore’ en ‘OPAL’ trial waren het meest geruchtmakend. Beide voordrachten werden in Groningen voor het eerst  gepresenteerd. De Restore trial ken je misschien al via de groep van Peter O’Sullivan, deze groep kijkt naar de effectiviteit van cognitieve functionele therapie voor langdurige lage rugklachten. De therapie blijkt, tot op heden, de meest effectieve vorm van therapie en is zeer belangrijk voor ons vak. Tijdens de OPAL trial werd gekeken naar het effect van opioïde versus placebo bij acute lage rugklachten. Het bleek dat placebo zelfs beter werkt (mogelijk doordat er geen opoid induced hypoalgesia plaats kan vinden).

Naast deze twee trials was er aandacht voor de ogenschijnlijke stilstand als het gaat om interventies om rug en nekpijn te verbeteren. Er komt steeds meer goed onderzoek, maar we vinden niet zozeer betere interventies. Natuurlijk zijn er vele ‘nieuwe’ therapieën bedacht, vaak blijken die van weinig toegevoegde waarde ten opzichte van de bestaande therapieën. De oorzaak is mogelijk dat de mechanismes al onderdeel zijn van bestaande therapieën (zoals pijn inducerende therapieën een tijdelijke pijn dempend effect kennen bij acute klachten). Verder werd centraal stilgestaan bij het benaderen van complexiteit en interindividuele verschillen, waar complexe designs voor nodig zijn. Het meer kijken naar het individu zorgt tegelijkertijd voor veel meer bias en therapeutische illusie, en blijft daarom ook een zeer interessant spanningsveld.

Helaas blijkt ook dat vele niet-werkende therapieën, met een aangetoond niet-behulpzaam, schadelijk of biomechanisch, negatief narratief (en daarmee dus anti-zelfmanagement), bijna niet meer uit de dagelijkse praktijk te krijgen zijn. De-implementatie is vele malen lastiger dan implementatie. Voor de manuele therapie, maar zeker ook voor huisartsenzorg en ziekenhuiszorg in het algemeen.

De manuele therapie werd op het congres vanuit wetenschappelijk oogpunt goed vertegenwoordigd, met meerdere Nederlandse onderzoekers uit ons vakgebied. Helaas waren de manueel therapeuten uit de praktijk sterk ondervertegenwoordigd. Maar hopelijk zien we elkaar op het NVMT minisymposium (over chronische pijn) of het MSG Capita Selecta op donderdag 21 december (over manuele therapie en centrale pijnmechanismes bij rug-, nek- en hoofdpijn).

Bronnen

Wil je meer lezen over het spanningsveld in designs tussen lage bias, meer generalistisch versus hoge bias of meer individueel? Bekijk dan deze bron van prof. dr. Lance McCracken, een van de keynote speakers van het LBF dit jaar.

McCracken L. M. (2023). Personalized pain management: Is it time for process-based therapy for particular people with chronic pain?. European journal of pain (London, England), 27(9), 1044–1055. https://doi.org/10.1002/ejp.2091 - Open Acces